Oefen dit werkwoord
Infinitiefrisparmiare
Tegenwoordig deelwoordrisparmiante
Gerundiumrisparmiando
Voltooid deelwoordrisparmiato

Aantonende wijs

Tegenwoordige tijd

iorisparmio
turisparmi
lui, lei, Leirisparmia
noirisparmiamo
voirisparmiate
loro, Lororisparmiano

Onvoltooid verleden tijd

iorisparmiavo
turisparmiavi
lui, lei, Leirisparmiava
noirisparmiavamo
voirisparmiavate
loro, Lororisparmiavano

Passato remoto

iorisparmiai
turisparmiasti
lui, lei, Leirisparmiò
noirisparmiammo
voirisparmiaste
loro, Lororisparmiarono

Toekomende tijd

iorisparmierò
turisparmierai
lui, lei, Leirisparmierà
noirisparmieremo
voirisparmierete
loro, Lororisparmieranno

Aanvoegende wijs

Tegenwoordige tijd

che iorisparmi
che turisparmi
che lui, lei, Leirisparmi
che noirisparmiamo
che voirisparmiate
che loro, Lororisparmino

Onvoltooid verleden tijd

che iorisparmiassi
che turisparmiassi
che lui, lei, Leirisparmiasse
che noirisparmiassimo
che voirisparmiaste
che loro, Lororisparmiassero

Voorwaardelijke wijs

iorisparmierei
turisparmieresti
lui, lei, Leirisparmierebbe
noirisparmieremmo
voirisparmiereste
loro, Lororisparmierebbero

Gebiedende wijs

(tu)risparmia
(Lei)risparmi
(noi)risparmiamo
(voi)risparmiate
(Loro)risparmino

Vertalingen

Catalaans
estalviar
Engels
to save; to scrimp; to spare
Spaans
ahorrar
Frans
épargner; ménager
Nederlands
besparen